Wat kan je in de klas doen om deze kinderen toch een beetje op weg te helpen?Eigenlijk zijn deze tips voor de meeste kinderen waarbij leren niet vanzelf gaat een goed hulpmiddel. Ook dus bij dyslexie en dyscalculie. Vaak hebben de echte leerstoornissen een co-morbiditeit.
Eigenlijk denk ik dat de meeste docenten en leerkrachten veel van de tips al toepassen en onbewust bekwaam zijn. Laat het dan zo zijn dat je na deze tips bewust bekwaam bent en collega’s op weg helpt.
Bij het draaien van een volle klas met gemiddeld zo’n 20%- 25 % aan ernstige zorgleerlingen, zit je niet te wachten op een waslijst met tips of adviezen voor in het handelingsplan of OPP…….., maar haal er een paar uit en pas ze toe. Als je je een paar handelingen eigen hebt gemaakt kan je het altijd met een nieuwe tip uitbreiden.
Belangrijkste tips voor je zelf:
- Leg voor je zelf de lat niet te hoog.
- Verwacht niet dat je de problemen kunt oplossen.
- Accepteer het als het bij een leerling niet lukt.
- Vier elk klein succesje!!! Weet dat vele kleine stapjes samen een grote stap zijn.
- Accepteer dat ook onze zorgleerlingen door gebeurtenissen die jij niet in de hand hebt een terugval kunnen hebben.
- Durf af en toe los te laten.
- Lach elke dag een keer met de hele klas. Doe elke dag iets leuks voor de kinderen naar huis gaan, lach met elkaar, je hebt aan 5 minuten genoeg.
Tips voor in de klas, het handelingsplan of OPP:
Keywoorden zijn: visualiseren, meer tijd, kort, helder en structuur!
· Accepteer het kind met zijn/ haar probleem. Erken het kind met zijn/haar probleem. Zorg voor een goede relatie met het kind.
· Bewaak het emotioneel welbevinden. Bied het kind vooral succeservaringen door de begeleiding aan te passen. Het kind kan niet meekomen met de klassikale instructie en tempo. (tip: kwaliteitenspel voor kinderen)
· Begeleiding:
- Zet een kind met AVP-auditieve verwerkingsproblemen (of andere vormen van concentratie en werkhoudingsproblemen) vooraan in de klas. Hou de ruimte tussen jou als spreker en het kind klein. De plek naast het raam en de deur vermijden i.v.m. omgevingsgeluiden. Dit zorgt voor afleiding. Bespreek samen met het kind de beste plek in de klas. Besluit het samen.
- Plaats de leerstof tijdens de uitleg in een context. Geef bij instructie zoveel mogelijk visuele ondersteuning. Vooral abstracte uitleg zoveel mogelijk visueel ondersteunen. Smartbord, natuurlijke gebaren, mindmap op het bord)
- Vat hoofdzaken samen. Herhaal instructie van een opdracht in het kort. Zet de hoofdzaken/ opdrachten op het bord (visualiseer). Korte en duidelijke uitleg. Vermijd bij klassikale instructie te veel grapjes en associaties bij instructie. Vermijd figuurlijk taalgebruik. Dit werkt verwarring bij het verwerken van de instructie voor deze kinderen. Besef dat het kind de instructie niet in zijn geheel kan volgen, hoe goed het zijn/haar best ook doet.
-De kinderen komen tot een beter begrip door hardop te denken. Zoals 3 belangrijke dingen uit de tekst te benoemen die gelezen is. Of hardop praten in tweetallen. Kinderen verwerken meer informatie als ze er samen over praten dan er zelfstandig over moeten lezen.
- Vraag het kind wat hij/ zij als eerste gaat doen of hoe hij/zij dat gaat doen. Vraag niet of de leerling weet wat het moet doen, want dan krijg je geheid het antwoord ‘ja’ als het ‘nee’ is. Hierbij heeft een instructie tafel zeker de voorkeur. Geef snelle feedback en regelmatige herhaling.
-Geef de instructie of uitleg in stappen op papier als een soort spiekbriefje als dit mogelijk is.
-Bied ezelsbruggetjes aan.
- Leer het kind om hulp te vragen, vaak doen ze dat niet en blijven stil zitten. Maak er een afspraak over. Leer ze vooral ook dat ze fouten mogen maken.
- Het kind heeft behoefte aan positieve ervaringen, geef complimentjes wanneer een opdracht goed opgepakt is. Directe feedback.
- Biedt voor duidelijkheid en structuur zoals bijvoorbeeld een dagplanning op het bord.
-Ondersteun bij planning van het (huis)werk.
- Het kan in een grote groep niet altijd, maar juist kinderen met concentratie en werkhoudingsproblemen hebben behoefte aan een rustige omgeving.
- Overval de leerling niet met klassikale vragen. Zeg van te voren dat je aan de betreffende leerling een vraag gaat stellen (benoem de vraag) en dat hij/ zij er even over na kan denken. Ze kunnen dan ‘op zoek’ naar de juiste verwoording en voelen zich niet overvallen. De informatie verwerking werkt trager en dus ook het verwoorden van het antwoord.
-Luister naar het kind! Ga met het kind een gesprek aan over waar het kind tegen aan loopt. Werk met een 10- puntsschaal over schoolbeleving en schoolvakken. Er zal een wereld voor je open gaan. Laat een kind uitleggen waarom hij van alle schoolvakken rekenen een 7 geef en lezen een 4. Of waarom hij/ zij spelling een 4 geeft en buitenspelen een 9. Wat heeft het kind nodig om van het vak spelling een 6 te maken… Vraag dat aan het kind. Vraag of het kind ‘morgens met plezier naar school gaat. Vraag wat het is dat hij/zij met plezier gaat of misschien juist niet. LUISTER vooral. WEES ZELF NIET TE VEEL AAN HET WOORD. Voer deze gesprekken in korte zinnen. Geef het kind tijd om te antwoorden. Biedt structuur in het gesprek met de wie, wat, waar, wanneer en hoe vragen. Werk ze in alle rust 1 voor 1 uit. Het kind zal voelen dat wat hij/zij te vertellen is echt belangrijk is en dat hij/zij serieus genomen wordt.
-Bied de kinderen ook handvatten bij het leren van de zaakvakken. Leer ze de stof eigen te maken door erover te vertellen, de wie, wat, waar, wanneer en hoe vragen te gebruiken, de stof in mindmaps uit te werken en op die manier het werkgeheugen te trainen.
- Zorg dat je de aandacht hebt/ vasthoudt bij instructie van juist deze kinderen.
Maak oogcontact, spreek niet luider maar spreek altijd duidelijker, pauzeer tussen zinsdelen.
Vertraag het spreektempo, pas de inhoud aan (gebruik niet te lange zinnen met veel voegwoorden, associaties ed.) Las pauzes in kinderen kunnen zich echt niet meer dan 20 minuten concentreren op verbale instructie, voor veel kinderen is dit al te lang. Geef tussendoor opdrachten. Er is sprake van een vertraagde informatie verwerking.
-Spreek met het kind af hoe lang hij/zij geconcentreerd moet werken en spreek af wanneer het een loopje mag maken wanneer het te moeilijk wordt. Gebruik bij de afspraak m.b.t. de taakhantering een hulpmiddel(kleurenklok, timetimer, zandloper).
Geef het kind deelopdrachten. Dit maakt het voor het kind ook overzichtelijker.
-Beloon direct wat goed gaat, ook als een deel niet goed gaat, heb oog voor wat wel goed gegaan is.
• Compensatie kan bij veel problemen wenselijk zijn:
- hulpmiddelen (zoals laptop)
- instructie stap voor stap
- bied pre-teaching, dit biedt succeservaringen in de klas en is geen achteraf
lapmiddel.
- overhoor apart, geef extra tijd
• Dispenseer:
- minder oefeningen. Spreek met de leerling af wat hij/zij in een bepaalde tijd wel af kan krijgen. Zorg dat er succeservaringen zijn. Vraag je zelf af wat het doel is: wordt de leerstof begrepen, of wil je weten hoeveel een kind kan in een bepaalde tijd?
Don’ts
-Ontneem de kinderen als ze het werk niet afhebben niet hun pauze of de vrijdagmiddag met de leuke vrije activiteiten. Je straft ze dan in feite voor wie ze zijn. Zoek een andere oplossing in minder opdrachten of een gestructureerde taakaanpak.
-Ga er niet van uit dat ze niet opgelet hebben. Lees hiervoor mijn Blog hiervoor.
-Verwacht geen zelfstandige planning
-Vergelijk ze niet met andere klasgenootjes, leeftijdgenootjes
Thuis is het werkgeheugen erg goed te trainen met spelletjes als
Ik ging op reis en nam mee….
Ik doe boodschappen en haal….
Ik ging naar de dierentuin en zag…….
Help thuis met het leren van het huiswerk zoals hier boven ook staat beschreven voor in de klas. Bespreek met de leerkracht wat eventueel extra aandacht verdiend. Maar ook hier geldt, deze kinderen spannen zich op school enorm in en hebben ook hun rust nodig en ontspanning.
Ook wij willen thuis niet altijd doen wat we op ons werk niet afkrijgen omdat we overvraagd worden.
De belangrijkste tip in deze lange reeks is:
Bewaak het emotioneel welbevinden. Eenmaal geknakt is het zo moeilijk om een positief zelfbeeld terug te vinden. Leg daar de grootste zorg voor onze zorgkinderen.