Deze week had ik een erg leuk begeleidingsgesprek met een leerling van bijna 16 jaar. Zijn cluster 2 indicatie is een forse spraak-taal problematiek oftewel TOS.
Deze jongen zit in de derde klas. Erg serieus met zijn school bezig, maar in de klas….en liever niet daarbuiten.
De docenten geven ook aan dat deze jongen zonder problemen straks moet kunnen slagen, maar deze jongen ziet zelf zijn beren en eigenlijk is het ook niet irreëel wat hij ziet.
Eenmaal thuis kan hij geen huiswerk meer maken en dat geeft hij ook heel goed aan. Zijn hoofd zit dan zo vol. Hij gaat dan naar zijn kamer, koptelefoon op en even niks. Aangezien het soms echt moet maakt hij wel als het opgegeven is zijn wiskunde, maar liever ook niet.
Tijdens ons vorig gesprek hadden wij alle plussen en minnen van school en leren al in kaart gebracht in een web met groen en oranje. Heel overzichtelijk en deze leerling vindt dat ook erg prettig. Wat komt er veel uit tijdens zo’n gesprek. Hij geeft aan dat hij Engelse luistertoetsen erg moeilijk vindt en dat het vaak erg moeilijk is om zijn aandacht er bij te houden. Het is veel taal en vaak onderwerpen die hem niet interesseren. “Waarom doen ze dat?” vraagt hij, “ waarom onderwerpen waar wij niets aan vinden en die ons niet boeien?” Hij vervolgt: “ik heb zelfs voorgesteld dat de luistertoetsen gewoon drie verschillende onderwerpen zijn en dat we er dan eentje mogen uitkiezen, maar ja dat kan niet zeggen ze dan….” Persoonlijk vind ik dat voorstel dan niet zo raar….
Wel heb ik een andere oplossing voor hem. Onze leerlingen van cluster 2 hebben met een TOS beschikking en dat wordt beschreven al zijnde een SH indicatie. Dat is een uitleg op zich. Doordat er problemen zijn met de auditieve verwerking van de talige informatie en er dus sprake is van een trage auditieve verwerkingsproblematiek zouden deze kinderen gebruik mogen maken van een visuele ondersteuning van de tekst. Dit kan aangevraagd worden bij de examencommissie van de school. De informatie die binnenkomt wordt op zich wel begrepen, maar er komt zoveel binnen dat het niet auditief verwerkt kan worden. De juiste kastjes in het hoofd worden niet gevonden om de informatie op te slaan en te bewerken. Deze leerling vertelt ook dat hij zo zijn best doet om goed te luisteren, dat het letterlijk niet meer lukt na een paar minuten, hij is dan de draad kwijt en geeft hij het op. Visuele ondersteuning biedt dan houvast bij het volgen van de auditieve informatie die als een stroom en complex binnenkomt. De informatie gaat dan niet meer in een hoofdweg naar de juiste plek in de hersenen, maar er zijn allerlei zijwegen waarin hij zoekt naar herkenning en geeft het dan op.
Rekenen en wiskunde zijn voor hem een eitje. Zelf zegt hij ook: “toen ze mij testten op school had ik een hoog IQ voor alles wat niet met taal te maken heeft. Zo zonde dat mijn taalvakken nu bepalen wat ik wel en niet kan doen, want ik wil graag hoger dan een lage MBO”. Het klopt wat hij zei, de discrepantie tussen zijn verbale en performale IQ is bijzonder. Op de nonverbale intelligentie test (WNV-NL) scoort hij zelfs 118.
Als hij bij wiskunde de fout in gaat komt dat omdat hij zich enorm richt op de details in de opdracht, zelfs in de tekening die erbij zit. Dat is dus een aandachtspunt.
Daarnaast kon deze jongen mij vanmorgen in geuren en kleuren de stelling van Pythagoras uit leggen wat hij een bijzonder boeiende stelling vindt. Hij zegt hierover ; “als ik het logisch vindt dan snap ik het meteen, maar het moet gewoon logisch zijn”
Het enige vak waar hij onvoldoende voor staat is dus Nederlands.
Een fictie verslag maken………wat is het nut? vraagt hij.. Hij maakt liever een verslag over de visvangst of de visstand. Tja waarom zou dat dan ook niet kunnen. Deze kinderen met deze handicap hebben zo’n moeite met fictie.. Gewoon concreet, logisch en feiten daar kunnen ze wat mee. Mijn voorstel is dan ook aan de docent om dit verplichte ‘fictie’ verslag om te zetten in een ander verslag. Als hij maar een verslag kan schrijven. Zijn handicap/ belemmering is onzichtbaar, maar is er wel. Acceptatie van een handicap en samen naar een vervangende opdracht kijken dat is in dergelijke situaties een optie voor deze kinderen om succeservaringen op te doen. Gelukkig heeft hij op de school nu een RT-er die alles oppakt om hem te helpen met mijn adviezen.
Nederlands is voor hem qua grammatica en qua ontleden een echt probleem. Hij wil graag voordat de les behandeld wordt in een tussenuur extra uitleg vooraf zodat hij de instruxctie in de les begijrpt. Deze jongen heeft zo’n goed beeld van zijn problematiek. Zo kwamen wij op het volgende probleem in zijn ogen…..de voegwoorden. “Hier kan ik echt niks mee”, vertelde hij.. “Waarom van twee zinnen 1 zin maken als ik het toch in 1 zin zeg. Het is niet logisch”. En dat vertelt hij bloedserieus.
“Kent u dat? Voegwoorden? Ik snap er niets van…. Het is niet logisch en komt niet binnen. En wat een dom woord is ‘maar’….. Er komt altijd iets negatiefs of iets positiefs achter. Echt ik snap er niets van”.
Volgens mij begreep hij het dus prima! Dit vertelde ik hem ook en hij keek mij verrast aan. Tja zoals hij het mij uitlegde had de docent het vast niet beter kunnen doen. Toch op zijn hulpvraag ingaand, gaan we vragen of deze extra uitleg mogelijk is in een tussenuur, het geeft hem houvast en hij zit rustiger en meer ontspannen in de les.
Aan het eind van het gesprek vertelde hij dat hij weer een logopedische screening had gehad en dat de logopedist hem ‘eigenwijs’ noemde. Hij had een vraag waarbij hij moest aangeven tussen welke seizoenen de ‘lente’ lag. Er waren twee juiste antwoorden, maar daar was hij het niet mee eens.
Het juiste antwoord was , zo legde hij uit, tussen de winter en de zomer. Super onlogisch vond hij dat het andere juiste antwoord was tussen de herfst en de zomer. Zo onlogisch vond hij, want er lag ook een winter tussen en dat is dan niet ‘tussen twee jaargetijden’. Geweldig toch! Hierbij zie je hoe deze jongen goed wet te verwoorden wat de behoefte is van deze kinderen bij ‘complexe’ opdrachten.
Bied structuur, helderheid en maak de taal niet te complex.
Hij was niet eigenwijs, hij was heel duidelijk over zijn belemmering en ik vind hem tijdens het gesprek gezond kritisch voor een puber. Reëel en kritisch en als je echt naar deze kinderen luistert en de tijd neemt wordt jezelf zoveel wijzer en het kind een stuk gelukkiger omdat hij of zij zich gezien voelt.
Elk kind wil zich begrepen voelen, wil authentieke aandacht krijgen, respect krijgen en perspectieve geboden krijgen in opvoeding en onderwijs. Dan krijgen ze alle kans om zich optimaal te ontwikkelen.